Norderney dan maar..

Dinsdag 14 juli 2015

We slapen de klok rond, nemen een stevig ontbijt en kunnen er weer tegenaan. In de loop van de ochtend komt een technieker aan boord, de reddingsdienst had dat gisteren nog netjes geregeld. ‘Even luisteren’, zegt hij en draait de contactsleutel om. De motor slaat zonder aarzelen aan. Wat hebben we nu? De mecanicien kijkt ons aan alsof we hem voor de gek hebben gehouden. Wat doe ik hier, alles werkt? Tja, de batterij doet het weer, dat zullen die veertien uur in de walstroom wel zijn. Maar dat lost het probleem dat we hadden niet op. Welke batterij wordt geladen door wát, wat doet de generator, waarom laadt het zonnepaneel de startbatterij niet, duiden de batterijmeters wel correct aan? We bellen met de Breehorn werf in Nederland, we mailen met de vorige eigenaar van de boot, ik bespaar jullie de details. De technieker, die gewoon even langs gekomen was om het probleem in te schatten, kan pas morgen wat meer tijd inplannen voor ons. De rest van de dag blijven we wat aan boord rommelen.

Woensdag 15 juli 2015

Een heerlijk zonnetje vandaag. Als onze technieker tegen elf uur nog niet is geweest, vinden we het zonde om tegen de kade te blijven stoven, hangen een briefje voor hem en gaan met huurfietsen het eiland verkennen.

Vakantiehuisjes, hotels, strand.

Het weer verandert, daar hebben we al de eerste regendruppels. We schuilen bij Yusuf’s eethuisje, huisgerookte makreel en fish& chips.

En dan belt onze man, hij zal er tegen drie uur zijn. Terwijl ik aan deze blog puzzel, klussen de twee. Ik vang flarden Jean-Marie Pfaff-Duits op, wat overigens vlot beantwoord wordt. Uiteindelijk wordt er beslist dat we sowieso een extra geladen batterij gaan meenemen als back-up. Alleen jammer dat die nog moet besteld worden en er pas tegen morgenmiddag kan zijn. Maar het weerbericht geeft voorlopig zwakke en veranderlijke wind, er is geen haast om te vertrekken.

‘Norderney’, zegt de vrouw, ‘daar slepen we u naar toe..’

Vrijdag 10 juli 2015

Vertrekken, dat willen we. Het zomert, de wind zit goed. De boodschappen zijn gedaan, alles is gestouwd. Maar het is nog wachten op de nieuwe motor voor de ankerlier. Onderweg vanuit Schotland, volgens de pakjesdienst vóór vier uur in Nieuwpoort. En dat klopt. De monteur krijgt ze netjes geplaatst. Iets over zes varen we de haven uit, het zeegat in. Scherp aan de wind, vijf beaufort, het water klotst gorgelend langs de boot. Làngs? Nee, wat ik hoor is ín de boot. Ik ruk de deur van het toilet open, het water kolkt over de lavabo, de douchebak staat onder, in de kajuit klotst het al van onder de planken. Mijn ervaren schipper, die me al eens haarfijn uitlegde hoe belangrijk het is om de zeekranen van zowel toilet als lavabo te sluiten vóór je de zee op gaat, was zelf die van de lavabo vergeten sluiten. Hozen maar. Het leed is weer even snel vergeten. Onze eerste nacht op zee gaat in. Een strak schema om wacht te houden hebben we niet. Wie moe is, maakt de ander wakker. Wat je aan slaap mist ‘s nachts probeer je overdag in hazenslaapjes in te halen. En als er een probleem is, is het uiteraard alle hens aan dek. In ons geval, wij getweeën.

Zaterdag 11 juli 2015

Om half vijf ‘s morgens is het eigenlijk al niet meer donker, de nachten zijn kort. De wind ruimt van oost naar zuidoost en zakt als een pudding in elkaar, dat wordt motor aan. Een paar uur later is de wind west geworden en wakkert weer wat aan. We kunnen de halfwinder bijzetten, het zonnetje straalt, dit is zeilweer uit de boekjes

.Lekker zeilweer

Een vermoeide duif landt op onze giek en blijft enkele uren bij ons, wel gezellig al laat ze nogal wat souvenirs achter op het dek…

Bezoek

Stavanger is onze bestemming, ongeveer 480 mijl. Een 120 mijl per etmaal zou mooi zijn. Maar de wind laat het nog maar eens afweten. Ik verwittig Las, die net is gaan slapen, dat ik de motor ga bijzetten. Wanneer ik de sleutel omdraai, komt er niet meer dan een zwak geknetter uit het contact, prr prr. Nog eens en nog eens, niets. De startmotor slaat niet aan. Net nu de nacht valt. We schatten de situatie in. We zijn een zeilboot en kunnen dus zeilen, traag als er weinig wind is maar dat moet dan maar. We bevinden ons in ruim water, er zijn niet meteen gevaarlijke hindernissen in de buurt. We besluiten zeilend de nacht in te gaan en de volgende morgen bij daglicht alles beter te bekijken.

Zondag 12 juli 2015

Las checkt de startbatterij en vindt niet meteen een probleem, we spuiten contactspray in het contact, er gebeurt niets. We proberen nog eens de generator te starten, maar aangezien die blijkbaar ook gestart wordt van de startbatterij, wordt dat niets. Verder naar Stavanger zeilen is gekkenwerk, we besluiten onze koers naar het oosten te verleggen en naar Helgoland te zeilen. Toch ook wel 160 mijl ver. Bijkomend probleem: als de motor niet kan draaien, worden ook de leefbatterijen niet geladen. Langzaam maar zeker gaan we dus alle energie voor instrumenten, automatische piloot, verlichting, koelkast opgebruiken. We schakelen alles uit, behalve de instrumenten. Sturen gaat dus met de hand, om de beurt. Van het mooie zomerweer van gisteren is niet veel overgebleven, het is bewolkt en somber. In de loop van dag trekt de zuidwester aan tot 6, 7 bft om pas tegen ‘s avonds weer af te zwakken.

Pittige zes beaufort

Maandag 13 juli 2015

Tegen een uur of vier is het zo goed als windstil. We bevinden ons inmiddels ter hoogte van de Waddeneilanden, ten noorden van de scheepvaartroute West Friesland TSS. Als je de zeekaart van dit stuk Noordzee bekijkt, zie je talloze olie- en gasfields, pijpleidingen. Verder zijn er nog uitgestrekte windfarms en militaire oefengebieden. Nagenoeg de hele zee lijkt wel ontgonnen. Bij sommige van die restricted areas liggen boten als waakhonden. We hebben radiocontact met een van hen, de New Grange. Ze zijn begripvol voor ons probleem, halen er zelfs hun filippijnse mecanicien bij die ons via de radio tips geeft voor de startmotor. Maar niets helpt. ‘Good luck with the sailing’, klinkt het nog en we sukkelen verder, twee knopen, anderhalve knoop. Onze verdraagzaamheid wordt op de proef gesteld, de giek slaat tergend heen en weer, de zeilen flappen lusteloos, en toch moeten we het stuur houden. Als we de aanlooproute van Helgoland nog eens goed bekijken, zien we dat we nog een complex kruispunt van grote scheepvaart over moeten. Aan onze slakkengang is dat onverantwoord. Niet dus. Bovendien gaat het energiepeil aan boord zo naar beneden dat de VHF radio nu en dan uitvalt. We roepen TSS Terschelling-German Bight op om ons probleem te melden. Ze laten er geen gras over groeien. ‘Norderney’ zegt de vrouw, ‘daar slepen we u naar toe.’

Deutsche Gesellschaft zur Rettung SchiffbrüchigerAan acht knopen naar Norderney

In minder dan een uur is de Bernard Gruben van de DGzRS of de Deutsche Gesellschaft zur Rettung Schiffbrüchiger bij ons en sleept ons aan 8 knopen 18 mijl naar Norderney. Vakkundig worden we aan de kade geparkeerd.

Netjes aan de kade

Boot nog zorgvuldig afmeren, lijn vóór, lijn achter, gekruiste springs, alles in de walstroom, een goed glas en onze kooi in.

    IMG_0110_2

We waren op weg naar Stavanger, we zijn in Norderney…