Een storm overleven is een geschenk waard…

23 december 2022. Bijna Kerst. Onze boot overwintert in Noorwegen en wij overwinteren thuis. Kerst. Mijmertijd, verhalentijd, kadootjestijd. En als ik nu eens, mijmerend over voorbije zomer, een verhaal kado doe? Terug naar 23 augustus 2022.

1514. Het zal je maar overkomen. Je bent vijftien, en wegens gegeerd trouwmateriaal als dochter van Philips de Schone en Johanna de Waanzinnige word je uitgehuwelijkt aan de koning van Denemarken en Noorwegen… Een jaar later zit je op een zeilschip naar het hoge Noorden, onderweg naar een echtgenoot die je niet kent. Waar gebeurd. Tot overmaat van ramp breekt een verschrikkelijke storm uit. Maar schip en bemanning halen het en uit dankbaarheid vind je een kadootje aan God de Almachtige wel op zijn plaats. En bestelt in Utrecht vijf altaarstukken voor vijf kerken in Noorwegen…

Naar één ervan staan wij vol bewondering te kijken. We zijn op het eilandje Grip.

Net als op het eiland Sør-Gjæslingan waar we een week eerder waren, lijkt het alsof de tijd hier is blijven stilstaan. Kleurige houten huisjes staan kriskras verspreid over het kale eiland, ooit een bloeiende vissersgemeenschap, en worden nu keurig onderhouden als vakantieverblijven. De kapitein van de kleine ferry die ons in een half uurtje van Kristiansund naar deze bijzondere plek bracht is onze gids. Met flair vertelt hij in een van de kleinste kerkjes van Noorwegen het wonderlijke verhaal van ‘onze’ Isabella van Habsburg en de vijf altaarstukken.

Er zijn er die zeggen dat het allemaal niet waar is en dat de altaarstukken op een andere manier in deze handelsposten van droogvis terecht gekomen zijn. Maar zeg nu zelf, dit verhaal is toch te mooi om niet te geloven?

Af en toe, na een stevige zeiltocht of een pittige hike, gunnen we onszelf ook wel eens een geschenkje. Geen altaarstuk, maar een lekker etentje bij voorbeeld, in Noorwegen een kostbare verwennerij…

Grip ligt een eind uit de kust ter hoogte van Kristiansund. Daar liggen wij afgemeerd, niet in de iets verderaf gelegen jachthaven, maar aan een van de steigers midden in de haven. Het was een beetje een haastig aanleggen geweest omdat net bij aankomst de hemelsluizen zondvloedsgewijs opengingen. Maar we liggen er prima, met breedbeeld zicht op de bedrijvige haven. Vlak naast de steiger is een restaurant, Bryggekanten. Het ziet er een beetje uit als een pizzatent en we lopen eigenlijk alleen maar binnen om er bij een biertje het wifi-paswoord te versieren. Maar het knusse interieur verrast ons en het ruikt er heerlijk. Ja, ze hebben pizza. Maar ook veel meer! We eten er prinsheerlijk. Helaas is de rekening zoals overal koninklijk…

Weinigen associëren Noorwegen met lekker eten. Behalve deze aanrader in Kristiansund deel ik graag in deze tijd van lekker tafelen nog een paar fantastische culinaire momenten…

Maren Anna, Sørvågen, Lofoten. Aankomen in de Lofoten, eind juni, vinden we een feestje waard. Wanneer we fietsend een restaurant voorbijkomen dat een Franse zeiler in Bodø ons tipte, stappen we zonder reservatie binnen. De Franse zeiler blijkt een goede referentie want we moeten niet heel erg aandringen of er wordt met tafeltjes geschoven en we krijgen een plekje. Kabeljauwtongetjes, stokvis met spek, en een heerlijk dessert…

Stappan, Gjesvær, Finnmark. Begin juli, 71° N. Bij aankomst in het noordelijkste haventje van onze reis zijn we in een hoera-stemming maar ontwaren niet meteen een restaurantje om dat te vieren. Tot we in een stil straatje verrast worden door een onweerstaanbare etensgeur. Hier wordt met liefde gekookt. We moeten wat moeite doen om de ingang te vinden van het bescheiden eethuisje waar drie gerechten met viltstift op een whiteboard geschreven staan. Fiskesuppe, hvalkjøtt grytebacalao. Vissoep, stoverij van walvis, stokvis. Sorry voor de gevoelige zielen, maar walvis eten, dat is in Finnmark heel gewoon…

Polfareren hotel, Longyearbyen, Spitsbergen. De weelderige luxe van de hotels in Longyearbyen staat in schril contrast met de onherbergzame omgeving. Het restaurant van ons hotel heeft een kaart met gesofisticeerde gerechtjes waarin de Noorse keuken flirt met de Aziatische. Af en toe kijk ik door het raam en knijp me in de arm om me ervan te verzekeren dat we op Spitsbergen zijn en niet in een of andere bruisende wereldstad…

Lovund. Na een taaie hike van ruim zes uur naar de Lovundfjellet trakteren we onszelf op een etentje in het Lovund hotel. Het zal het culinaire hoogtepunt van onze hele reis worden. We eten verrassend verfijnd en bovendien klopt alles hier, de omgeving, het interieur, de bediening.

In augustus kantelde de zomer in Noorwegen en keerde het donker terug. Inmiddels, vier maand verder, ligt de kortste nacht van het jaar alweer achter ons. Op de terugkeer van het licht is het nog even wachten. Tijd om binnenshuis, bij fijne verhalen, te genieten van lekker tafelen met familie en vrienden. Een vrolijke kerst iedereen!

Hard labeur en tedere zorg in de Vega archipel…

9 tot 17 augustus 2022

Op weer-app yr.no gaan alle alarmbellen af. Bovenaan op het schermpje van mijn telefoon drie gele en twee oranje driehoekjes met daarin symbolen voor stortregens, aardverschuivingen, risico op overstromingen en storm. Geel is erg, oranje is heel erg. Tijd om te schuilen dus.

En dat doen we in de haven van Sandnessjøen op het eiland Alstahaug. Hier woonde en werkte ooit de 17de eeuwse dichter/priester Petter Dass, zo’n beetje de Guido Gezelle van Noorwegen. We bezoeken zijn museum waarvan het gebouw, een architecturaal pareltje, ons meer fascineert dan de vrome psalmteksten.

Als de lucht na een paar dagen weer schoongeveegd en de zee weer platgestreken is, zeilen we 34 mijl verder zuid naar een unieke plek… Meer dan 6.500 eilandjes telt de Vega archipel. En hoe ruig en onherbergzaam de omgeving ook is, toch leeft hier al sinds mensenheugnis een taaie gemeenschap van vissers/boeren. Tot WOII uitbreekt waarin Noorwegen het bijzonder zwaar te verduren krijgt. Na vijf jaar Duitse bezetting en verwoesting, is het alle hens aan dek voor de wederopbouw. Er is zo veel volk nodig dat geïsoleerde eilandbewoners betaald krijgen om naar het vasteland te verhuizen. De drie bewoonde eilanden van de Vega archipel lopen leeg, boerderijtjes verkommeren.

Maar eilandbloed kruipt waar het niet gaan kan en na enkele decennia keren mensen terug. Huizen en boerderijtjes worden opgeknapt, de mannen gaan weer vissen en de vrouwen herstellen een wel heel aparte traditie in ere, het verzamelen en verwerken van eendendons. De eilandgemeenschap van Vega gaat verrassend liefdevol met de natuur om. Zo vertroetelen de vrouwen van Vega de wilde eidereenden door schattige schuilplaatsen voor ze te knutselen zodat ze veilig kunnen nesten. Of zetten de mannen, wanneer een eiland kaal gegraasd is, hun schapen op veerpontjes om ze naar een eiland met meer en malser gras te brengen. Door die buitengewone combinatie van hard work and tender care, hard labeur en tedere zorg, op een geïsoleerde plek als deze, werd de Vega archipel Unesco werelderfgoed. In het Verdensarvsenter, of bezoekerscentrum, een modern en knap gebouw, kom je er alles over te weten. Maar Vega heeft nog meer te bieden. Een groot deel van het eiland is verrassend vlak en het is er leuk fietsen. Klimmen kan ook en als je er tweeduizend houten traptreden voor over hebt, word je met een schitterend uitzicht beloond.

Even terug naar hard work and tender care. Als dat loont op een eiland dan wellicht ook aan boord van een zeilboot, en zeker in combinatie met een taakverdeling waar iedereen zich in kan vinden. Zoals bij ons aan boord in ‘ik kook en Las wast af’. Vinden wij allebei prima. En zeker als ik de afwas tot een minimum beperk. Bijvoorbeeld door creatief te zijn met éénpansgerechten. Las is alvast grote fan! Wat inspiratie uit mijn kombuis?

Quiche met zalm en broccoli

Bladerdeeg – broccoli – gerookte zalm – 2 eitjes – kopje zure room

Kant-en-klaar bladerdeeg in bakvorm draperen. Broccoliroosjes en reepjes zalm op de deeglap schikken. Overgieten met een mengsel van 2 eitjes en een kopje zure room, gekruid met peper. Goudbruin bakken in oven.

Ovenschotel met gevulde paprika’s en groenten

2 paprika’s – gehakt – aardappelen – rode ui – looktenen

Paprika’s overlangs doorsnijden en nerven en pitjes wegsnijden. Vullen met pittig gekruid gehakt en in een met olijfolie ingevette ovenschaal schikken. Aanvullen met kwartjes ongeschilde aardappel, grof gehakte rode ui en ongepelde looktenen. Alles samen laten garen in de oven. Net voor het serveren kan je er wat blokjes rauwe tomaat door husselen.

Kip met groenten en bulgur

2 kippenbouten – courgette – tomaten – rode ui – bulgur

Kippenbouten aanbakken in een ruime pan met wat olijfolie. Blokjes courgette, tomaat en rode ui toevoegen. Pittig kruiden met peper, zout, paprika en komijn. Water toevoegen en eventueel een half bouillonblokje voor meer pit. Bulgur in de pan strooien en zo lang laten sudderen als de verpakking aangeeft. Als de bulgur te veel vocht opslorpt, extra water toevoegen.

Na ons bezoek aan de Vega archipel zetten we koers naar het landelijke eiland Leka, 45 mijl zuidwaarts. Het is de tweede helft van augustus en hoe mooi de nazomer ook, de dagen korten nu echt wel zienderogen. Na bijna drie maand ononderbroken licht verdwijnt de zon terug onder de horizon, kleurt de hemel bij zonsondergang rozerood en hebben we echte, donkere ‘nachten’!

Ver-weg-gevoel in het noordelijke Finnmark

‘Han har ydet der norske polar-expeditioner større & værdifullere tjenester enn noen annen mann.’

Hij bewees de Noorse poolexpedities grotere en waardevollere diensten dan om het even wie.’ Het zijn woorden van Roald Amundsen, zowat de beroemdste aller poolreizigers. En met die woorden heeft hij het over Adolf Henrik Lindstrøm. Die werd in 1866 in Hammerfest geboren en zijn  standbeeld prijkt op de kade bij de haven. Zijn functie? Kok…

4 – 8 juli 2022

Hammerfest ligt in de provincie Finnmark, de noordelijkste provincie van Noorwegen. Die is anderhalve keer zo groot als België en er wonen 75.000 mensen… In onze vaargids wordt het stuk vaarwater van Tromsø tot de Noordkaap als volgt omschreven: ‘The scenery and conditions become increasingly daunting once the border with Finnmark has been crossed… Although there can be prolonged periods of fine weather, conditions can change rapidly.’

Het woord ‘daunting’ moet ik even opzoeken. ‘Beangstigend’ is wat ik vind…

Maar we hebben het weer mee, fris, droog en zonnig. Bruut is het steile landschap, met schrale bergen met nog flink wat sneeuw erop. En er is iets met het licht. Het is intens, glanzend en heel erg blauw. Via een tussenstop in Seglvik, desolaat haventje waar de enige twee levende zielen die we ontmoeten geen Engels spreken, en een flinke tocht langs nog meer besneeuwde bergen, eilanden en diepe inhammen komen we ruim 120 mijl verder, aan in Hammerfest!

De stad die op 70° noorderbreedte ligt, heeft een wat kazerne-achtige uitstraling, met stijlloze woonblokken en verlaten straten. Er is een soort jachthaven, maar de meeste boxen zijn te smal, en de boxen die niet te smal zijn, zijn ingenomen of hebben een bordje Privat. Enige afmeermogelijkheid is de kade in het midden van de haven. Maar het grootste deel is er gereserveerd voor de hurtigbåt (snelle ferry), de ambulans (ambulance-boot) en de redningsselskapet, (reddingsdienst). We kunnen enkel langszij bij Kerpa, een Zweedse Amel die we eerder in Reine en Tromsø ontmoetten. Het stel doet elke dag uitgebreide fitness oefeningen aan dek.

In Hammerfest, dat blijft volhouden de noordelijkste stad van de wereld te zijn, struikel je over de ijsberen, al komen die hier al lang niet meer voor.

En, wat weggestopt in een hoekje, is er een verrassende dienst voor toerisme. Niet alleen kan je er gezellig snuisteren in het museum over de geschiedenis van en het leven in het poolgebied, ook The Royal and Ancient Polar Bear Society is er ondergebracht. Te mooi om te laten liggen vinden wij en maken onze boot lid van deze illustere ijsberenclub.

In het knoddige museumpje speelt kok Lindstrøm een hoofdrol. Hij verstond als geen ander de kunst om met het weinige dat tijdens barre poolexpedities voorhanden was, toch zó te koken dat de bemanning gezond bleef. Bevroren bessen bijvoorbeeld zorgden voor vitamines om de gevreesde scheurbuik te voorkomen. Niet alleen zijn kookkunst was legendarisch, hij beschikte ook over een geweldige joie de vivre. Eten en vrolijkheid hielden de mannen fit en hun moraal hoog.

Iemand vraagt me hoe het met bevoorraden zit hier in het hoge Noorden. Verbazend goed moet ik zeggen, als ik denk aan Lindstrøm die een ijsbeer moest neerleggen om zijn bemanning een stuk vlees voor te kunnen zetten. Bakkers of beenhouwers vind je niet in deze afgelegen gemeenschappen maar de supermarkten zijn goed gesorteerd. Het aanbod fruit en groenten is beperkter dan wij gewoon zijn, soms van matige kwaliteit wegens grotendeels ingevoerd en duur. Maar er is een ruime keuze aan diepvriesproducten en dat is wel handig. Wij hebben geen diepvries aan boord, maar in de koelkast ontdooien bevroren voedingswaren traag en houden het koelvak ook fris. Ik houd steeds voldoende voorraad voor zeven tot acht warme maaltijden.

Nog even terug naar dat ‘daunting’. Behalve ‘beangstigend’ kan dat ook ‘indrukwekkend’ betekenen. Of ‘overweldigend’. En dat is de natuur hier zeker en vast, vooral in onze volgende afmeerplek, een verlaten baai tegenover het eiland Reinøya, Rendiereiland. Ooit stond hier een visfabriek, maar daar is niets van overgebleven, op wat vervallen huizen, schroot en een krakkemikkig ponton na. We vinden het net stevig genoeg en meren er af. Aan de overkant ligt een kajak op het strand, iets verderop staat een tentje. Vanop het gammele ponton staart een bizar houten mannetje ons aan. Een kudde rendieren tjokt voorbij, schrale grassprieten grazend…

Van zomer naar winter en terug… Senja

Skrei of winterkabeljauw, dat is lekkere vis. En het is niet zomaar vis. Er hoort een kwaliteitslabel bij, een keurmerk, een appellation zoals bij de betere wijn. Het skreiseizoen is kort en ik was blij toen ik in februari in de viswinkel een mooi stuk scoorde. Met blokjes tomaat en courgette en wat zure room werd het een heerlijke ovenschotel.

En inderdaad, in de verpakking van mijn vis, zat een blaadje met een stempel. Br. Karlsen, Husøy, Noorwegen stond erop. Verrukt googelde ik die broers Karlsen en vond niet alleen een website maar ook een vrolijke Instagram account met prachtige beelden van een eiland in de sneeuw, pittoreske vissersboten en lachende vissers met dikke truien en blozende wangen. Elk jaar komt de skrei in de winter uit de Barentszee zuidwaarts gezwommen om te paaien. De hele vissersgemeenschap kijkt reikhalzend uit naar de komst van de skrei. Zo’n plek, daar moeten we langs op onze Noorwegenreis vond ik toen. En zette op de digitale Navionics zeekaart alvast een marker met als symbooltje een vis. Maar helaas, toen we er begin juni voorbijkwamen lag het te ver uit de weg…

28 – 30 juni 2022

Inmiddels zijn we op Senja, een groot eiland dat op een bloem lijkt als je het op de kaart bekijkt. Of op zeewier met langwerpige, uitwaaierende bladen. Daartussen diepe fjorden. Ik verbaas me over de eindeloze rijen scherpe bergpieken, donkergroen en ongenaakbaar. In de winter komen 80 knopen wind wel eens voor aan deze geduchte kust, maar nu zomert het!

We nemen er een kijkje bij het stijlvolle Hamn i Senja resort-met-haven maar wegens te warm aan het ponton, gaan we drie mijl verderop ankeren in een droomplekje. Het ligt tussen de eilanden Ertnøy en Kjøpmannsøy en een ander woord dan perfect kan ik er niet voor verzinnen.

Maar na een paar dagen uitzonderlijk warm zomerweer hangt er gerommel in de lucht. Het weerbericht waarschuwt niet alleen voor hevige warmteonweders maar ook voor storm. En op een toch wat onherbergzame plek als deze kiezen we voor veilig.

Op de kaart ontdek ik een goed beschutte haven op een eilandje in de Øyfjord, Husøy. Husøy? Langzaam valt mijn frank. Want als we naderen herken ik het van de frisse Instagram account. Het vissershaventje van mijn skrei appellation contrôlée lag helemaal niet ten zuiden van het eiland Torget waar we ruim driehonderd mijl geleden voorbijkwamen. Het ligt gewoon hier en wij gaan er schuilen.

Het contrast met het vakantiebrochure-achtige Hamn I Senja kan niet groter zijn. Een wijde rechttoe rechtaan haven met stoere vissersschepen. Helemaal achteraan een ponton met boxen, alle grote zijn ingenomen door nog meer massieve schepen en de kleine zijn te klein voor ons. We draaien een rondje en beslissen om af te meren aan een kloeke steiger waar aan de ene zijde een schip ligt en aan de andere zijde niemand. Wel liggen er tal van polypropyleen afmeerlijnen met gesplitste ogen, allemaal in het typische bleke watergroen zoals je hier overal ziet. Komt hier nog een schip afmeren? We wagen het er toch maar op en besluiten op zoek te gaan naar iemand die weet of het mag.

Maar het visseizoen is voorbij en de haven lijkt wel uitgestorven. We gaan op verkenning en zien de gebouwen en kantoren van de broers Karlsen. Op goed geluk kloppen we aan en na twee telefoontjes bevestigt een vriendelijke dame ons glimlachend dat het prima is om er te blijven. Iets verderop ligt de enige superette van het eilandje. In de visafdeling stapels pakjes met bereide zalm, heilbot, gerookt, gekruid, in stukken of sneetjes. Op alle verpakkingen hetzelfde label. Br. Karlsen. Op aanraden van de hartelijke verkoopster neem ik een pakje varmrøkt krydderlaks mee, kruidig gerookte zalm. Ze geeft het advies om dit op te warmen in een pakketje aluminiumfolie met een klontje boter erover. Het is ons bestverkochte product geeft ze nog fier mee. Later googel ik de broers Karlsen nog eens. Ze hebben het goed voor mekaar. Visverwerkende bedrijven, vastgoed, export, noem maar op. En wellicht ook een goedbetaald marketingbureau voor de Instagram account…

Husøy, je moet dat eens intikken in Google maps. Ik vond er alvast drie…

1/ Ten zuiden van het eiland Torget – 65°23’N 12°02’E

2/ In de archipel Træna – 66°29’N 12°05’E

3/ In een fjord op het eiland Senja – 69°32’ 17°40’

Verwaaid in Rørvik

In Rørvik, vanwaar de mooie Helgeland kust begint, hoef je niet echt te zijn. Tenzij er storm op til is… Het weer voorspellen in Noorwegen is een uitdaging. Weersystemen komen van ver over zee en ondergaan soms tal van gedaanteverwisselingen tegen dat ze aan land gaan. Eenmaal daar kan het onregelmatige reliëf lokaal voor allerlei verrassingen zorgen. En in fjorden kunnen fallvinder of valwinden onverwachts uithalen. Lees je op de schaal van beaufort pas bij windkracht 9 het woord ‘storm’, het Meteorologisk institutt geeft al stormwaarschuwing vanaf windkracht 7. Dat is vandaag te lezen op hun app YR en dat nemen we ernstig. It is not recommended to be at sea in a small boat, staat er.

En zo beslissen we om tóch maar Rørvik aan te lopen… Trondheim ligt inmiddels al twee mooie afmeerplekken achter ons…

Beian. Volgens onze vaargids een vissershaven maar meer dan een paar verlaten huizen zien we niet. Het is er bladstil. En dan vaart een kleine motorboot met drie mannen de havenkom in. Even later nog een. En nog een. Ze hebben hengels, manden en bakken mee. Later zien we hoe de mannen bij een houten kade hun vangst lossen en de vis schoonmaken, hun stemmen dragen ver over het water. Ze blijven tot laat in de nacht bezig. De volgende morgen zien we hoe we een nachtje traag rond ons anker gecirkeld hebben, in een perfecte rondedans.

Ansteinsund. Bij aankomst zijn er enkel rotsen te zien. Stompe, grijze, gladde rotsen. Hoge, lage, verre, dichte. Voortdurend verschuiven die door wind en water gepolijste steenmassa’s wanneer we ze voorbijvaren. Het lijken oer-keien, desolaat en onherbergzaam, zonder bomen of struiken. De dieptemeter geeft 70 meter aan, dan 50 en ten slotte 20, 10. We volgen nauwgezet de uitgezette koers in een geul naar binnen. Houden voldoende afstand van een staak die een venijnig geïsoleerd rotsje aanduidt. En varen langzaam de afmeerplek open. Een handvol huisjes op poten van steenblokken, en een gjestebrygge, of gastenponton.

Overnachtingsgeld 50 NOK of 5,00€. Mét elektriciteit 8,00€… Er hangt nevel rond de huizen en boven de rotsen, er is geen levende ziel te bekennen. Een meeuw klaagt. We gaan even de kant op voor een kleine wandeling. Wat een volhouders zijn het, de bloemen en planten die hier standhouden. Mos in alle tinten van grijs en groen kleeft aan de rotsen. Hier en daar een fijn klein bloempje. Tussen alle grijzen een paar verrassende vleugjes roze, voorzichtige frivoliteit in deze beetje barre omgeving.

Ansteinsund voelt als een vijfsterren-verblijf. We slapen er prinsheerlijk en ontbijten met vers, in de pan gebakken brood. De omgeving kan ik je niet geven, het recept van het brood wel. Ik kreeg het van sy DanceMe, die het op haar beurt van sy Puff kreeg…

300g bloem – 200g water – 1 koffielepel droge gist – 1 koffielepel zout – 1 koffielepel suiker

Bloem en gist mengen, met het water tot een stevig deegje roeren. Suiker en zout toevoegen en nog eens goed mengen. Een antikleefpan met olie invetten en het deegje erin doen. Een nacht laten rijzen onder deksel of plastic folie. Bakken op een heel laag vuur met deksel gedurende 15 à 20’. Omdraaien en nog eens 5 à 8’ bakken zonder deksel. Na afkoelen (als je zo lang kan wachten…) in dikke plakken snijden en genieten!

Je kan lekker variëren op dit basisrecept. Zo voegde ik al eens noten, rozijnen en gedroogde abrikozen toe. Of zwarte olijven, zongedroogde tomaten, stukjes gegrilde parika en tijm voor een hartige versie. Met wat kaas erbij een ideale picknick… Of serveer het met krokant gebakken spek, een echte Viking-lunch!

Maar nu terug naar Rørvik. We zijn niet de enigen die er komen schuilen voor het barre weer, het gastenponton ligt vol. Dobberend kijken we vertwijfeld rond, op zoek naar een afmeerplek. En dan duikt iemand vanuit zijn kajuit en maakt een breed handgebaar richting de reddingsboot. Hee, daarachter ligt nog een goed beschutte steiger, ideaal om een dagje verwaaid te liggen.

In Rørvik hoef je niet echt te zijn. Maar nu we er toch zijn, kijken we graag even rond. En komen er terecht in een nogal aparte kerk waar net een konfirmasjon gudstjeneste, Heilige Communie-viering gaat beginnen, ontdekken er het boeiende aanbod in de Fjelleskøpet, de Noorse ‘boerenbond’ en kunnen er ontzettend goed bevoorraden in een grote Rema 1000 vlakbij onze afmeerplek!

Van zodra het stormweer over is, zeilen we naar Helgeland!

Zomer in een handvol kleuren. Het eiland Læsø.

We zeilen 33 mijl over een diepblauwe zee met daarboven een al even diepblauwe lucht. We ankeren en zwemmen wat rondjes om de boot. Later fietsen we tussen geurige donkergroene pijnbomen en langs goudgele korenvelden. Nog later eten we blauwe kaas, rode langoustines met veel look en wit, grof zeezout… En nee, we zijn niet in Zuid-Frankrijk. We zijn op Læsø, een eiland van pakweg 100 km2, dat tussen Denemarken en Zweden ligt, in de zeestraat die het Kattegat genoemd wordt.

Netjes. Dat is hoe ik Denemarken tot dusver ervaar, met zijn ordelijke dorpen, keurige huisjes zonder frivoliteiten, egale akkers en ongerepte strandjes. Blauw, geel, groen, wit en rood… Een beperkt kleurenpalet dat voor een frisse, opgeruimde uitstraling zorgt. Kakofonie is niets voor de Denen, denk maar aan de eenvoud van hun beroemdste exportproduct, design. Of het succes van hun onovertroffen LEGO bouwsteentjes. Eindeloze mogelijkheden met een handvol kleuren.

14 – 16 juli 2021

Blå. Het blauw van de lucht wedijvert met het blauw van de zee op de tocht van Hals naar Læsø. Omdat Vesterø havn goed vol ligt en het heerlijk weer is, besluiten we buiten de haven te ankeren. Na zalig zwemmen gaan we op goed geluk fietsend het landelijke eiland verkennen. Korenbloemen steken blauw af tegen gele korenaren…

Gul. Gele veldbloemen, een botergele vissersboot, een okergele, in zee zakkende zon, de overtreffende trap van zomer..

Grøn. Wat zijn we blij met de koele schaduw van het donkergroene pijnboombos waar we doorheen fietsen. In de zon is het zo warm dat het asfalt aan onze banden plakt! Grijsgroen is dan weer het zeegras of zeewier dat hier op Læsø ooit gebruikt werd als dakbedekking, een unieke eeuwenoude traditie. En watergroen het onderwaterschip van een van de drie scheepsmodellen in Vesterø Kirke. In elk kerkje waar we komen hangen er één of meerdere van deze votiefschepen, in combinatie met koperen kroonluchters.

Hvid. Zilverwit het maansikkeltje boven onze ankerplek. Platina wit het schitterende tegenlicht waarin een vissersboot steeds kleiner wordt. Melkwit de ochtendmist die uit het niets opduikt maar snel oplost in een zalige zomerdag. En spierwit ten slotte het zout dat hier op Læsø gewonnen wordt en dat je in het winkeltje bij de Læsø Saltyderi, de zoutziederij kan kopen. Ze verkopen er ook schoonheidsproducten op basis van zout, en hier op het eiland kan je zelfs naar een echt zout-kuuroord.

Rød. Zo donkerrood als de muren van Vesterø Kirke zijn, zo frêle is het bruinrood van de delicate fresco’s die je er kan bewonderen. Ze dateren uit de eerste helft van de zestiende eeuw en werden enkele jaren geleden mooi gerestaureerd. En zelden zag ik een rood zo diep kleuren als dat van de Deense dageraad om -je leest het goed- halfvier ’s morgens… Maar het roodste rood komt van de lekkernij waar Læsø bekend om is, de jomfruhummer