Betsy

Elke boot heeft een verhaal. Elke boot vaart haar verhaal. Sommige verhalen krijgen zeeën van aandacht en verdienen die ook. Maar er zijn heel gewone zeilers die heel straffe dingen doen, al heten ze niet Armel Le Cléac’h en winnen ze geen Vendée Globe. Hier komt het ongelooflijke maar waar gebeurde verhaal van Guy Waites en Betsy. Het diende zich afgelopen zomer zo toevallig aan, dat ik niet eens doorhad wat een verhaal het was. Ik begin bij het begin…

13 juni 2016, Scarborough. Een piepklein jachtje trekt onze aandacht, niet alleen vanwege haar felrode kleur, maar ook omdat ze een beetje lijkt op een Pandora 22, het eerste zeiljachtje van mijn vader. Op een avond zeilt ze uit, uren later peddelt haar schipper haar geduldig terug naar haar ligplaats. De wind is gevallen, ze heeft geen motor…

Lerwick, dik twee weken later. We varen de overvolle haven binnen, moeten afmeren als derde langszij, niemand aan boord. Een man haast zich van op het ponton, klauterend over de twee boten, muts en kap diep over het hoofd getrokken, om ons te komen helpen. Terwijl we in de weer zijn met de lijnen zie ik een eindje verderop plots het rode bootje uit Scarborough, mijn blik gaat terug naar onze helpende zeiler en ik herken hem als haar schipper. He you! Yes, me, grijnst hij. Later bij een glas wijn kletsen we de avond weg. Wij steken onze bewondering niet onder stoelen of banken, hij blijft er bescheiden bij. Over de plannen met zijn Betsy -zo heet het jachtje- blijft hij vaag. Betsy is een Corribee 21, 6,30 m lang. Ergens op een hoekje papier noteer ik de gegevens van zijn blog. Ik kan er een link naar een tracker vinden, zegt hij. Elke 24h stuurt hij een positie, als geruststelling voor familie en vrienden. Een dag later blijken ze vertrokken. In stilte.

13 juli, Arbroath. Ik zit te wachten op de havenmeester die de geblokkeerde wasmachinedeur gaat openmaken. In die wasmachine zit mijn was, dus ja.. Het clubhuis is niet meer dan een verbeterde container, er staat een tafel en stoelen en op een kastje ligt een stapel boeken, de zeilersbibliotheek… Mijn oog valt op een beduimeld boek, de biografie van Ellen MacArthur, de illustere zeilster. Ik blader het door tot een foto mijn aandacht trekt. De nog piepjonge Ellen op een helrood bootje, de Iduna. Dat ranke jachtje, waarmee ze als achttienjarige solo rond Engeland zeilt, is een Corribee 21.

Een Corribee 21? Wacht eens even… Guy Waites! Betsy! Ik vind het blaadje met de link naar zijn blog terug en klik door naar zijn positie. Wow, hij vaart al ten noorden van de Hebriden, zou hij solo een rondje Engeland gaan doen?

Groot is mijn verbazing als ik enkele dagen later zie hoe de blauwe stippen op de tracker zich aaneenrijgen tot een snoer dat ver ten westen van Schotland reikt. Varen zij nu gewoon de Atlantische Oceaan op? Vanaf dat moment kijk ik bijna dagelijks naar de tracker. Ik begin ook de blog te lezen, een gedetailleerd verslag van vier jaar minutieuze voorbereiding. Guy is niet aan zijn proefstuk toe, eerder zeilde hij de oceaan over met een Contessa 26, Red Admiral.

Dag na dag kruipen de blauwe stippen naar de overkant. Op een dag is er niet enkel een blauwe stip bijgekomen, maar ook een envelopje. Een korte boodschap licht op. Betsy and I were capsized today, we are both OK and will continue once we have ridden out this storm. Jeetje! In de komende dagen volgen nog meer boodschappen, de ene storm na de andere raast over het tweetal. Soms vorderen ze tergend langzaam, soms wijkt het bootje helemaal van haar koers af, er komt een bericht dat de voorraad zoet water niet lang meer reikt. Het snoer van blauwe stippen, de envelopjes, het lijkt wel een thriller!

Elke morgen bij het opstaan, kijk ik als een bezorgde mama hoe het de twee vergaat en eind augustus, na 56 dagen op zee, blijkt kleine Betsy aangekomen in Newport, US! Guy Waites zeilde solo de noordelijke Atlantische Oceaan over, in een bootje van 6,30m, zonder motor, zonder geavanceerde apparatuur…

Zo begon vier jaar geleden dit verhaal dat als een rode draad onze zomer doorkruiste…

En het verhaal gaat verder. In het voorjaar zeilt hij zijn Betsy terug naar Engeland. Zomaar even weer die hele oceaan over. En intussen smeedt hij nieuwe plannen met een andere boot… Of hij met opzet weer een rode boot gekozen heeft, vraag ik hem. Nee, niet echt.  Red Admiral was rood. Betsy was wit toen hij ze kocht, maar onder haar witte verf ontdekte hij toevallig oude rode gelcoat. En Showtime is gewoon toevallig ook rood. Toeval bestaat niet, denk ik dan…

In Shetland is de zee overal

29 juni – 2 juli 2016

Meestal is het geluid van zee en wind voldoende. Soms luisteren we graag naar een mooi stukje muziek. Zoals naar deze Schotse muziek uit de 18de eeuw. (de hele cd is een aanrader!) Neem er een glaasje single malt bij en leun achterover…

Betty en Andrewina Thomson kijken me aan uit een mistig verleden. In 1891 werden de twee zussen weduwe. Hun mannen vergingen met de sixareen ‘Lizzie’. Een sixareen is een open roeiboot met zes roeispanen, six oars, en een zeiltje. Daar werd ver op zee mee gevist, dagen aan een stuk. Ze keerden pas terug als de boot zwaar geladen was met vis. Niet dat het stormde die dag, nee, het was zelfs kalm weer. Vermoedelijk had de ‘Lizzie’ die dag een ongelukkige ontmoeting met een walvis…

Tangwick Haa museum in Eshaness. In dit voormalig huis van een laird, een welgestelde landeigenaar, is nu een popperig museum gevestigd dat de sfeer van het Shetland van lang geleden oproept. Meubeltjes uitsluitend gemaakt van drijfhout, wegens geen bomen op de eilanden. Fijn geweven kant en kleurig gebreide truien. En overal de sporen van de zee. Tot de tekenwedstrijd van het plaatselijke schooltje toe. “For tea or coffee, just help yourself. You pay what you want. Oh, and there are biscuits in the box.

The wilds of the North wordt Northmavine genoemd, een deel van Mainland, het grootste eiland van de Shetlands. We hebben een auto gehuurd om een stukje binnenland te verkennen. Voor zo ver je hier binnenland hebt, de zee is overal.

Bij de kliffen van Eshaness kan je zien met welk geweld de Atlantische Oceaan zich beukend ingesneden heeft in het land. Indrukwekkend gaapt de diepte van de kloven, nee, hier komen we liever niet met onze boot.

We verkennen ook nog de Westside –The Sunny Side of Shetland, maken ze een grapje?- en Central Mainland, The Heart of Shetland.

Groen, blauw en ruig is het landschap en het ziet er uit zoals ik mij Shetland voorstelde, met zwarte rotsen en lochs, en zware grijze wolken.

Met schapen en Shetland pony’s. (Las moet lachen omdat ik poownies zeg. Ik zeg het nog eens.) En een kasteel hier en daar.

Lerwick is een fijne plek. Toch als de 3.000 passagiers van het cruiseschip met hun tenders weer naar hun cruiseschip gebracht zijn. London – Ijsland – Lerwick – London. Dan vallen de straten weer in hun rustige plooi, klinken viool en accordeon en schommelen de jachtjes zij aan zij aan de kade.

En vergeet het Shetland Museum & Archives niet. Een sfeervol maritiem museum dat je meeneemt in de geschiedenis van deze wonderlijke eilandengroep. De zee is overal.

‘s Avonds is het aangenaam wegdromen op het terras van de Lerwick Boating Club. De zon is onder, middernacht al voorbij, maar donker wordt het niet boven 60° noorderbreedte.