Wat is dat toch met die zee en dat zeilen, vragen mensen soms.
Voor de een gaat het om snelheid, competitie, de ander wil verre reizen maken, sommigen zien hun boot als een toevluchtsoord, even weg van alles. Voor mij is er iets in het zeilen en de zee dat met niets te vergelijken is. En dat is wat er op zee gebeurt met de tijd, de tijdsbeleving. Ongeduld en zeilen gaan niet samen. En als vanzelf kom je in dat andere ritme zodra je op zee bent. En zo komt het dat ik soms gebiologeerd zit te kijken naar het gorgelen en kronkelen van het kielzog. Het kielzog, het stuk water dat je achter je laat. Je pad, dat geen pad is, maar telkens weer opgaat in het immense water terwijl je verder vaart. Achter je sluit de zee zich opnieuw en opnieuw en opnieuw. Het is een beetje zoals kijken naar vlammen in een haardvuur. Of naar dwarrelende sneeuwvlokken. Altijd hetzelfde, nooit hetzelfde..
Ik maak er filmpjes van, steeds opnieuw. Maar bij het herbekijken vind ik meestal dat het niet weergeeft wat ik zag. Maar toen ik onlangs het middendeel uit het Piano Concerto in G van Maurice Ravel nog eens hoorde, wist ik, dit is het. Zo ziet het er uit, zo klinkt het, dat prettige verlies van tijdsbesef.
Van dit fijne stuk muziek, tien minuten lang, gaat een bezwerende vertraging uit. Maar wie heeft nog tien minuten? In deze flitsende tijd van scrollen, swipen, zappen langs beelden uit alle hoeken van de wereld is tien minuten kijken naar hetzelfde bijna bizar geworden. En tien minuten luisteren naar een op het eerste gehoor repetitief stuk muziek, een hele uitdaging. Maar voor de geduldige luisteraar zijn er de subtiele wendingen, de meeslepende melodie, sensuele soepelheid. En voor geoefende, en indien niet geoefende, maar wel avontuurlijke oren is er natuurlijk ook het hele concerto. Dat op een bepaalde manier ook wat van de zee heeft. Soms lieflijk en meegaand, dan weer nukkig, grillig, met jazzy verrassingen. En altijd uitdagend.
Zó mee eens!
LikeLike