En we zijn dwars door de kop van Denemarken gevaren!

13 en 14 juli 2021

Atlas. Zo heet de blonde peuter die vanuit de kuip van het klassieke jacht Nordlys uit Ålborg, het aanlegmanoeuvre van zijn opa, oma en papa gadeslaat. De oma van Atlas is een opvallende verschijning, zelfbewust in een lange jurk met bijzondere print, hippe sneakers en bril. Wat ze draagt zijn beslist designerdingen. En als ze dat niet zijn, dan heeft ze het talent ze zo te doen lijken. Er is iets met de opa. Hij beweegt moeilijk, lijkt een arm te hebben die niet mee wil. En toch manoeuvreert hij met de ellenlange helmstok het oogverblindende schip op haar plaats. Dit is langszij bij ons. De oma en de papa van Atlas zijn in de weer met stootwillen en lijnen, alles in volstrekte harmonie. Toewijding is het woord dat me te binnen schiet. En liefde.

We zijn in Hals, aan het eind van de Limfjord. En liggen langs een kade waar je eigenlijk niet mag afmeren. Maar uitzonderlijk weer wel wegens geen plaats in de tjokvolle jachthaven. We fietsen een klein verkenningsrondje. Hals kookt over, het is broeierig warm en er is veel volk op de been. We zijn blij om terug te keren naar de rust aan onze kade. Met naast ons nu de Nordlys.

Maar eerst nog wat over de Limfjord waar we nu helemaal doorheen gevaren zijn. Er mag dan wel amper getijverschil zijn, de ondieptes zijn er niet te onderschatten. Bij motorzeilend kruisen tussen Lemvig en Harre Vig gaat dat even fout en lopen we, boem pats, vast. Op een plek waar het volgens de kaart 8 à 10 meter diep is… We halen grootzeil weg, zetten motor in achteruit, trekken fok bak en even later varen we weer, oef!

De met rood en groene tonnetjes of stangen aangegeven vaargeulen moet je heel nauwgezet volgen, kijk maar naar het kleurverschil binnen en buiten het vaarwater! Ook de aanloop naar het aangename plekje Nibe waar we twee nachtjes blijven is spannend. Het is een heel smal geultje waar je beter niet naast de paaltjes gaat varen!

Er is iets met de betonning in de Limfjord. De vaarrichting van op zee, op zeekaarten aangeduid met een magentakleurige pijl, loopt op identieke wijze over in de fjord. Groene tonnen aan stuurboord en rode aan bakboord. Niets aan de hand, toch? Maar als je aan de overkant vanuit het Kattegat de fjord in vaart, loopt ook daar de betonning van op zee identiek over in de fjord. En moeten ergens onderweg, Ålborg in dit geval, de kleuren wisselen van kant. Voor wie, zoals wij, van west naar oost vaart, is het vanaf daar dus groene tonnen aan bakboord en rode aan stuurboord… Opletten, zeker wanneer er zoals op sommige plaatsen, slechts één ton ligt!

We hebben hier nog iets bijgeleerd en dat is het gebruik van de N-van-November-vlag, die lijkt op een blauwwit geblokte keukenhanddoek. Je hijst ze om aan te geven dat je een brug wil passeren. We laten ze niet de hele tijd staan zoals sommigen gemakshalve doen maar hijsen ze telkens bij aankomst bij elk van de 5 bruggen onderweg. Het werkt vlot.

Nu we het over vlaggen hebben. Groot is mijn ontgoocheling wanneer ik bij aankomst onze Deense beleefdheidsvlag niet kan vinden. Achtergebleven op onze vorige boot die we nog hadden in 2014 toen we ook naar Denemarken zeilden, uitgeleend misschien? In Thyborøn vinden we niet meteen een ship chandler maar met Denemarken in de halve finale van het EK zijn wel overal Deense vlaggetjes op stokjes te koop. Voor 30 DKK, zo’n 4,00 €, halen we er eentje, knippen het stokje eraf en hijsen het aan stuurboord in het want… Makkelijk kan ook!

Terug naar Hals. Mit skib er ladet med længsel staat op een van de fantastische sculpturen langs de oever. My ship is loaded with longing. Mijn schip heeft goesting zeg maar. Maar waar hebben wij zin in, waar gaan wij heen?  ‘Læsø, dát moet je zien,’ zegt de papa van Atlas van de Nordlys. ‘Zo mooi…’ ‘Anholt,’ zegt de oma, ‘en ook Samsø, of Sejerø, mijn lievelingseilanden…’ Denen die met dromerige blik hun eigen land aanprijzen, geen reisbureau doet het beter. En we krijgen nog een gebruikte brochure van Læsø in onze handen gedrukt.

Læsø en Anholt, als we onze tocht in het Kattegat daar nu eens mee beginnen…

Thyborøn. Iskunsten, Sneglehuset en de fiskebutik…

Woensdag 7 juli 2021

‘I don’t speak Danish’, zeg ik tegen de dame voor mij. We zijn een gebouw binnengelopen, eigenlijk meer een loods, waar in grote letters het woord Iskunsten op staat en waar we iets met kunst verwachten, een galerij of zo. De kou die ons tegemoetkomt, brengt ons in de war. En wat de dame me vertelt, daar kan ik geen touw aan vastknopen. En dan snappen we het. ‘Is’ is ‘ijs’, natúúrlijk! Dit is een expositie van ijssculpturen. Op vertoon van ons EU Covid certificate kunnen we een kaartje kopen en krijgen een dekentje mee. Misschien geen kunst met grote K, maar toch wel mooi.

Thyborøn. Op het eerste zicht niets bijzonders. Vissersschepen, visverwerkende bedrijven, pakhuizen, een brede hoofdstraat met wat saaie huizen die bijna allemaal in een okerachtig geel geverfd zijn. De gebouwen rond de havenkom zijn dan weer donkerrood. En toch. In en rond de haven is er bedrijvigheid. Ijsjes etende toeristen kuieren rond, schuiven aan voor een boottochtje. Zeehonden spotten, oesters trekken, -de Limfjord oesters zouden een delicatesse zijn-, naar de zonsondergang gaan kijken, het kan allemaal. En net voorbij de haven ligt een hagelwit strandje.

img_6527

Hoog in de helblauwe lucht hangen spierwitte wolken. De strakke zuidenwind, ik schat zo’n vijf beaufort, jaagt door het grijsgroene helmgras van de duinen. Wat is het licht hier mooi en helder. Ooit was hier geen gat in de kustlijn. Toen de zee bij een zware februaristorm in 1825 door de duinen brak, ontstond een doorgang die de regio welgekomen economische mogelijkheden gaf. De opening naar zee werd verbeterd en versterkt en Thyborøn werd wat het nu nog is, een vissershaven.

In 1916, op 31 mei en 1 juni, vond hier de grootste zeeslag van WO I plaats, de Zeeslag bij Jutland. 25 schepen werden hier tot zinken gebracht waarbij 8645 zeelui de dood vonden. Een imposante beeldengroep, verspreid in de duinen, brengt hulde. Ruwe, donkere stenen symboliseren de schepen, daaromheen ranke figuren, bleek en fragiel steken ze af tegen de felblauwe lucht.

Het War museum laten we voor wat het is. Ook het Kystcentret bezoeken doen we niet. We lopen er even binnen maar het is bijna sluitingstijd en er zit nog te veel zee in ons lijf en in ons hoofd.

Steeds mooier wordt de haven van Thyborøn in het zachte avondlicht en de roes van een fles cava. De kant- en klare lasagne uit de oven smaakt als een godenmaal.

Donderdag 8 juli 2021

Passie, is dat niet het mooiste wat er is?

En passie, dat had visser Alfred Pedersen uit Thyborøn. Passie voor zijn verzameling schelpen, meegebracht van talloze reizen over zeeën en oceanen tot in Polynesië toe. In 1949 begon hij er zijn huis mee te versieren, men verklaarde hem gek. Maar onverstoorbaar ging de man door, ruim 25 jaar lang. En creërde met meer dan 10.000 schelpen Sneglehuset, het schelpenhuis. Hij verwerkte ze in allerlei tafereeltjes, verfde ze in fraaie kleurtjes. Lavendelblauw, appelblauwzeegroen en rood. Nog meer schelpen liggen in glazen kasten uitgestald. Poederroze, zachtoker en ivoorwit. Het geheel is aandoenlijk in zijn kitscherigheid.

Een fietstochtje, middagdutje op het strand, even zwemmen, en nu nog wat verse vis halen voor we vertrekken, de Limfjord in.

De Fiskebutik staat me een beetje tegen als we er binnenstappen. Het is er te warm, in een viswinkel verwacht ik koelte. Het ruikt er ook wat te vissig naar mijn zin. Maar de vis in de koeltoog ziet er mooi uit. Opnieuw geen idee waar de Deense benamingen voor staan. We wijzen 4 oesters aan, wat roze garnalen, gerookte zalm en witte vis, dat moet lotte zijn. Havtaske dus. Receptjes volgen!

O ja, nog even het havengeld afrekenen! Alles is geautomatiseerd. Met een havenkaart betaal je liggeld, een waarborg en een krediet voor elektriciteit, douchen of gebruik wasmachine. Bij vertrek worden waarborg en het eventuele saldo van je krediet teruggestort. 119 DKK liggeld en 17 DKK voor de douches? Amper 18,00€…