Hoe strak ook het plan, het vraagt altijd wat lef om te gáán..

Aan een zeiltocht begin je niet onvoorbereid. Je gaat na of zeilen en verstaging in orde zijn, je zorgt dat er diesel en water getankt zijn, dat de batterijen opgeladen zijn en dat er voldoende proviand aan boord is. Voor een meerdaagse tocht is de checklist iets uitgebreider dan wanneer je enkele uren op zee gaat om een frisse neus te halen zeg maar. En je maakt een zorgvuldige tochtplanning.

Ooit woonde ik een tot de verbeelding sprekende voordracht bij van poolreiziger Dixie Dansercour. Hij vertelde hoe hij en zijn reisgezel Alain Hubert zich voorbereid hadden op de onvoorstelbare tocht van 3 900 km over het ijs in Antarctica. Ze testten materiaal, sledes en powerkites, legden zichzelf loodzware trainingen op en werkten voor honderd potentiële problemen honderd mogelijke oplossingen uit. En toen, ze waren amper een dag onderweg, deed probleem honderdeneen zich voor… De details ben ik vergeten, maar de essentie niet. Probleem honderdeneen, datgene waar je niet aan hebt gedacht, datgene wat anders uitvalt dan voorzien, de onverwachte wending… Je hoeft echt geen poolreiziger te zijn om er tegenaan te lopen. Vraag het aan eender wie die een huis verbouwt, een feest organiseert, een zeiltocht plant… Loopt het niet volgens plan, dan is er veerkracht nodig. En flexibiliteit.

En net omwille van de onvoorspelbaarheid van probleem honderdeneen en misschien ook probleem honderdentwee vraagt het altijd wat lef om te gáán. Want elk plan, echt élk plan, kan tegenvallen. Dat ondervonden we afgelopen zomer.

Maandag 20 juli 2020.

We weten dat het van Saint-Quay-Portrieux zo’n 75 mijl naar Cap de la Hague is en dat de Alderney Race daar vandaag vanaf 06:00 pm van SW naar NE begint te stromen. Ideaal gezien ben je daar aan het begin van de meegaande stroom, zodat je er alle profijt van hebt tot nog een flink stuk er voorbij, en waardoor je ook de mogelijk hevige zeeën van halftij vermijdt. Om dat te halen zouden we al heel vroeg moeten vertrekken.

Maar er staat een snoeiharde NNE die in de loop van de dag gaat afnemen en we wachten tot het ergste voorbij is. Op de middag wordt Las ongeduldig, we vertrekken. Ik mopper een beetje, dit past niet in onze tochtplanning want nu ziet het er naar uit dat we precies op het foute moment aan de kaap zullen zijn. De wind gaat nog behoorlijk te keer en er heeft zich ook een flinke deining opgebouwd, het opkruisen is zwaar en traag. Trager dan voorzien in de tochtplanning.

09:00 pm – 9 uur op zee. 48 mijl zigzaggen heeft amper 27 mijl opgeleverd. 5,3 knopen door het water, amper 3 knopen over de grond. Om de sfeer erin te houden knutsel ik in mijn steil kombuis een hartig avondmaal in mekaar. De prachtige avondlucht belooft een mooie nacht op zee. Aan bakboord knippert de vuurtoren van het Plateau des Roches-Douvres, aan stuurboord die van Jument Rock op Jersey.

Dinsdag 21 juli 2020

03:00 am – 15 uur op zee. Jersey ligt nog steeds aan stuurboord. We kruisen motorzeilend, halen amper 1,9 knopen over de grond, het stroomt hier venijnig hard.. Ik neem er de Reeds terug bij. Hun vuistregel is tegenstroom vertrekken uit St Peter Port, Guernsey, om HW Dover +3. Om dan bij de Banc de la Schole, zo’n 13 mijl verder de stroom mee te pikken. Ik reken. Van waar we ons nu bevinden is het nog zo’n 17 mijl tot dat punt. Met ons ‘gemiddelde der gemiddelden’ zou dat moeten lukken. Maar met de snelheden die we nu halen ziet het er hopeloos uit.

06:00 am – 18 uur op zee. Sark aan bakboord, we lopen 4, 5, nee, 6 knopen! Heel langzaam kentert het tij, we zetten een inhaalmanoeuvre in…

08:00 am – 20 uur op zee. We lopen 8 knopen! Het enige wat me nog zorgen baart is dat het er naar uit ziet dat we precies met halftij bij het punt met de strafste stroom gaan uitkomen. We naderen springtij en 7, 8 knopen zijn daar mogelijk. De wind is intussen wel helemaal weggevallen maar stel dat er nog een flinke deining van gisteren staat? Die botst op de stroom?

09:00 am – 21 uur op zee. 12 knopen! We spoelen letterlijk om de kaap heen. Het bizarre water is vriendelijker dan het er uit ziet met zijn kolken en krullen.

De hoofdrol in onze tochtplanning werd zozeer opgeëist door het ronden van Cap de la Hague, dat een eindbestemming er niet in voorkwam… Cherbourg? Maar het is prachtig weer, we hebben allebei geen zin in die grote jachthaven en besluiten door te gaan tot Saint-Vaast-la-Hougue. Na de gulle portie stroom méé volgt opnieuw een taaie dosis stroom tegen, het is niet anders…

We komen bij valavond aan en omdat de toegangspoort naar de haven door het getij nog gesloten is, ankeren we net zoals een achttal andere boten. Wat ons zó bevalt dat, wanneer de poort opengaat en de hele vloot naar binnen vaart, wij rustig blijven liggen en de nacht voor anker doorbrengen…

Stond niet in de tochtplanning…

Saint-Quay-Portrieux, laatste stop in Bretagne

26 oktober 2020

Iemand op de radio zegt dat je een verhaal niet mag laten afkoelen, dat je het moet vertellen terwijl het nog warm is… En ik besef dat dit nu net is wat ik de afgelopen weken, maanden heb gedaan. Mijn verhalen laten afkoelen… Ze moeten intussen bijna beschimmeld zijn, zo veel tijd is er overheen gegaan. Is het de zwaarte van deze vreemde tijd, het verlammende van dat griezelige virus, het gebrek aan perspectief? Wachtend op ik weet niet wat zijn ze afgekoeld, bijna uitgedoofd. En wát als ik ze nu eens zachtjes weer nieuw leven inblaas, zoals je met een smeulend vuurtje doet? En je meeneem naar afgelopen zomer, naar Bretagne? Meer bepaald naar de plek en het moment waarop we niet alleen een schattig dametje maar ook een wel erg knappe man ontmoetten…

19 juli 2020

In een overvolle souvenirwinkel, het soort winkel waar mijn schipper een hekel aan heeft maar waar ik moeilijk aan kan weerstaan, komt ze me tegemoet. Met haar groene jurk, wit schortje en mutsje, rode paraplu, waait ze bijna van de stevige porseleinen beker waarop ze afgebeeld staat. Bretoense snuisterijen, Bretoense koekjes, Bretoense cider, Bretoense lepels, Bretoense koelkastmagneetjes, van alles veel en van veel nog meer. Ik neem de beker in mijn hand en denk aan geurige thee tijdens nachtelijke zeiltochten, dampende koffie bij het ochtendgloren…

We zijn in Saint-Quay-Portrieux, Bretagne. Aangekomen na een rustig zeiltochtje van amper 16 mijl vanuit het prachtige Île-de-Bréhat. Waar we behalve succesvol geankerd ook heel bekoorlijk gewandeld hebben. Als hopelijk in een niet zo verre toekomst Covid-19 iets van vroeger is geworden en je opnieuw vakantie plant, met of zonder boot, ga er dan eens heen, je zult het er prachtig vinden.

De marina van Saint-Quay-Portrieux zou ik kunnen omschrijven als een grote, perfect gerunde jachthaven met nette pontons en verzorgd sanitair.

Maar ik zal deze plek vooral onthouden als de jachthaven met het charmantste onthaal op deze vakantie tot dusver. Zonnebril noch mondmasker kunnen verhullen dat de jonge assistent-havenmeester die ons naar een ligplaats begeleidt een echte knapperd is. Disons qu’il est canon, quoi! Maar hij is niet alleen knap, hij is ook heel galant. We krijgen een ruim bemeten plek langszij een royaal ponton, waarvan deze Bretoense halfgod zelfs een klamp losschroeft en verplaatst zodat we optimaal kunnen afmeren. Aan de andere kant van deze steiger liggen een Grand Soleil 56 en een Pershing 65… We zijn onder de indruk. Hij overhandigt ons de codes voor het sanitair, een mapje met informatiefoldertjes en neemt ook nog eens uitgebreid de tijd om dat van de nodige uitleg te voorzien. Zijn charme naturelle -het moet van het frivole Ce n’est Rien van Julien Clerc geleden zijn dat ik nog zo’n sexy Frans hoorde-, doet zin krijgen in een dansje en maakt het niet eenvoudig om er de aandacht bij te houden.

Maar laat ons de kalmte bewaren en terugkeren naar Bécassine. Want zo heet dat Bretoense juffertje, dat in 1905 als eerste Franse vrouwelijke stripfiguurtje het levenslicht zag en hier in deze overvolle souvenirwinkel op een porseleinen beker prijkt. Sexy kun je haar niet noemen, eerder mignonne.

Het toeval wil dat onze boot, voor het onze boot was, B. Bommel heette. Vernoemd naar de Nederlandse stripfiguur Olivier B. Bommel. De eigenaar zal daar zijn motieven voor hebben, aangezien zijn huidig schip ook nu weer De Bommel heet. Er zijn er die voor minder een cirkel rond verklaren. Als bovendien nog blijkt dat het porselein met Bécassine niet in China maar hier in Bretagne wordt gemaakt, heb ik voldoende argumenten voor de aankoop van twee bekers. De frons van mijn schipper neem ik er bij, meningsverschillen als deze beschouw ik als verwaarloosbaar aan boord..

Want we doen ook nuttige inkopen. De terugtocht nadert en er moet proviand voorzien worden. Dat dit hier ook op zondag kan in een behoorlijk goed gesorteerde superette is een meevaller. Ten slotte sluiten we ons verblijf af met een prachtige wandeling langs de kust met zicht op de prachtige Baie de Saint-Brieuc.

’s Avonds buigen we ons over het weerbericht voor de komende dagen. Er wordt een stevige NNE voorspeld, precies waar we heen moeten. Ik kijk naar Bécassine en ineens doet ze me denken aan een oude mop die mijn moeder wel eens vertelde.

Een boerinnetje fietst met twee zware manden vol eieren naar de markt. Het is een heel eind, ze heeft de wind stevig op kop. Puffend en trappend bidt ze vurig tot Onze Lieve Heer, de hele weg lang. Of hij de wind toch maar kan laten draaien. In schuim en zweet komt ze aan op de markt. Ze verkoopt er de eitjes, koopt met de verdiende centen het nodige proviand en hijst enkele uren later de opnieuw zwaar geladen manden op haar fiets om de terugtocht aan te vatten. En zie, daar blijkt haar gebed verhoord! De wind is 180° gedraaid…

Misschien had ik dat schietgebedje niet mogen maken, twee weken geleden, in Dieppe, op onze heenreis, toen de wind aanhoudend tegenzat en ik heel wat over had voor wat wind uit het N, het E of iets er tussenin. Nu krijg ik waar ik om gevraagd heb… Maar onze grootste zorg is niet 90 mijl tegenwind varen tot bij voorbeeld Cherbourg maar wel de timing om de stroom mee te kunnen pakken bij de beruchte Cap de la Hague . Want één ding is zeker, je wil niét op het verkeerde moment in de Alderney Race verzeild raken!

Hoe dat afloopt vertel ik een volgende keer!